Profetische theologie – Albert Nolan o.p.

Dominicaanse spiritualiteit

De orde van de Dominicanen vindt zijn oorsprong in het begin van de 13e eeuw. Ze onderscheiden zich van de abdijen door hun betrokkenheid op de wereld van de publieke ruimte. Ze worden daarom tot de zogeheten “gemengde orden” gerekend. Daarmee is bedoeld dat ze zowel een contemplatieve dimensie van studie en gebed beoefenen, als een betrokkenheid op het sociaal en maatschappelijk gebeuren. Gebed en studie zijn geen doel op zich. Ze staan in dienst van de samenleving en de kerk. Dominicaanse spiritualiteit krijgt vorm als een “over en weer” van contemplatie en actie. Beide zijn innig met elkaar verbonden en bevruchten elkaar wederzijds. Een sprekend voorbeeld hiervan vinden we in de persoon van Albert Nolan. In onze contreien niet zo bekend, maar des te meer in Zuid-Afrika. Hij is van nabij betrokken geweest bij de strijd tegen apartheid die in Zuid Afrika in zijn dagen aan de gang was.

Anti-Apartheidsbeweging

Albert Nolan wordt geboren in 1934 in Kaapstad, Zuid-Afrika, met vierde generatie Iers bloed in de aderen. Als Dominicaan doctoreert hij in de theologie en gaat die discipline doceren aan de universiteit van Stellenbosch. Geconfronteerd met de heersende politieke situatie in Zuid-Afrika en hoe de kerken daarmee omgaan, wordt hij actief in de ondergrondse anti-Apartheidsbeweging. Hij publiceert verschillende spraakmakende theologische werken. In 1983 wordt hem gevraagd of hij generaal-overste van de Dominicanen wil worden en dus naar Rome wil verhuizen, maar slaat dit af omdat hij voelt dat zijn taak in Zuid-Afrika ligt.

Kairos-document

Met een aantal medestanders publiceert hij twee jaar later het Kairosdocument.  Het gaat om een lijvig document waarin de urgentie van een radicale ommekeer in de menselijke relaties in Zuid Afrika wordt bepleit. Kairos betekent: nù is het moment er, nù moet het gebeuren. Er moet een einde komen aan elke vorm van maatschappelijke discriminatie op grond van huidskleur of afkomst. Evenzeer dient er geprotesteerd te worden tegen het misbruik van Bijbelse teksten ten voordele van de apartheidspolitiek. Het Kairosdocument vindt gehoor en wordt door sommige kerkelijke autoriteiten veroordeeld. Als gevolg daarvan moet Nolan onderduiken, achternagezeten door de veiligheidsdiensten. Later wordt hij gelauwerd voor zijn verdiensten door de Zuid-Afrikaanse overheid en krijgt hij binnen de Dominicaanse orde de eretitel van “Magister in de heilige theologie”. Hij sterft, 88 jaar oud, in 2022 in Johannesburg.

Contextuele theologie

Albert Nolan is één van de voortrekkers van de contextuele theologie. Het gaat om een relatief nieuwe theologische strekking die antwoorden zoekt op vragen die verweven zijn met de concrete context waarin mensen leven. Daarom is bijzondere aandacht voor deze context onontbeerlijk.

Albert Nolan wordt geboren in een land dat sinds de 17e eeuw gekoloniseerd is door Portugezen, Nederlanders en Britten. Het meest bekend zijn wellicht de Boerenoorlogen die tegen de Britten werden uitgevochten. In 1913 wordt de “Land Act” uitgevaardigd die het grondgebied grotendeels (87 %) aan de blanken toewijst. 70 % van de bevolking wordt met geweld gedwongen te leven op wat overblijft aan beschikbare grond. In 1948 worden regels voor rassenscheiding officieel ingevoerd. Het is een systeem dat gekenmerkt is door discriminatie, onderdrukking en gewelddadig optreden ten aanzien van de als minderwaardig beschouwde zwarte of gekleurde bevolking. Demonstraties worden meedogenloos met geweld gesmoord. Zo gebeurt het in Sharpeville op 21 maart 1960 waar ongewapende demonstranten onder vuur worden genomen met 69 doden tot gevolg. Ook de opmars in Soweto van 20 000 studenten waar 176 mensen worden gedood is in de herinnering gegrift gebleven.

Nelson Mandela

Zuid-Afrika is niet de enige plek ter wereld waar mensen gediscrimineerd worden op grond van hun huidskleur of afkomst. Rosa Parks, Amerikaanse burgerrechtenactiviste, is reeds in 1955 gearresteerd omdat ze weigerde haar plaats in de bus af te staan aan blanke reizigers, zoals het door de apartheidswet was verordonneerd. Haar voorbeeld brengt een beweging op gang die onder meer wordt opgenomen door Martin Luther King die in 1963 zijn beroemde toespraak houdt “I have a dream”. Het is de droom van het einde aan alle discriminatie. “All men are created equal”. In Zuid-Afrika is het Nelson Mandela die een icoon wordt van de vrijheidsstrijd. Hij wordt 27 jaar op Robbeneiland opgesloten en veroordeeld tot dwangarbeid. Het zijn profetische stemmen die roepen om gerechtigheid.

De roep om gerechtigheid

De roep om gerechtigheid wordt ook gehoord in allerlei basisgroepen overal in de wereld waar de Bijbelse verhalen gelezen worden. Vooral het verhaal van de uittocht uit het slavenhuis van Egypte spreekt aan. Het gaat niet om een sprookje en ook niet om wat ooit in een ver verleden is gebeurd. “Dit is ons verhaal” klinkt het. Wij zijn de mensen die als slaven worden behandeld, die hopen op een nieuwe toekomst. Deze interpretatie van de Bijbelse verhalen staat haaks op de duiding die de blanke christelijke kerken in Zuid-Afrika er aan geven. Deze laatsten grijpen graag terug naar het verhaal van de toren van Babel uit het boek Genesis (Genesis 11, 1-9) waar God er zelf voor zorgt dat mensen verspreid geraken over heel de wereld. Zo heeft God het dus gewild. Het verschil van volken en rassen en talen is Gods wil. Zo ook de apartheid. “Apart” naar het voorbeeld van de Israëlieten die zich afzijdig dienden te houden van andere volkeren toen ze uit ballingschap waren teruggekeerd en hun identiteit zuiver wilden houden.  Zo dienen de zwarten de plaats te ruimen voor de blanke bevolking in Zuid-Afrika. De slotsom van deze interpretatie luidt: “Apartheid is een religieus te rechtvaardigen ideologie”.

Het is een situatie die roept om gerechtigheid. Deze klinkt wereldwijd en dus kunnen ook Dominicanen niet afzijdig blijven. Zij mogen dan mensen zijn die zich toeleggen op studie, de studie is nooit een doel op zich. De studie heeft te maken met het verwerven van inzicht in wat zich voordoet. Het gaat er om een kritische kijk te ontwikkelen die meteen een oproep is tot handelen. Studie krijgt een heel eigen gezicht.

Dominicaanse bevrijdingstheologen

Er zijn vanaf de jaren 70 verschillende Dominicanen die hun studie en hun engagement in deze zin hebben vormgegeven. Aldus Gustavo Guttierez die in 1971 zijn boek publiceert “Naar een theologie van de bevrijding”. Het is een boek dat wereldwijd aandacht geniet. Het helpt mensen niet alleen te zien wat er aan het gebeuren is, het helpt ook begrijpen welke de mechanismen zijn die deze toestand veroorzaken. Het is in deze beweging dat Albert Nolan zich engageert, betrokken in de strijd tegen apartheid.

Studie is in de Dominicaanse visie geen doel op zich, ze staat in dienst van een rechtvaardige maatschappelijke orde waar de armsten en kleinsten de centrale plaats verdienen. Er zijn nog meer figuren die hun studie in die geest verder hebben ingezet. Zoals Frei Betto, een Braziliaanse dominicaan, die zich metterdaad geëngageerd heeft in de Braziliaanse politiek. Hij was onder meer adviseur en mentor van Luiz Inàcio da Silva. Hij heeft zich ingezet voor de dialoog tussen marxisme en christelijk geloof. In die context ontmoet hij Fidel Castro verschillende keren en hadden ze meerdere uitgebreide gesprekken. Ook ten tijde van de perestroika van Gorbatsjev is hij betrokken bij het bewerkstelligen van een vreedzame samenwerking tussen de Russisch ortodoxe kerk en de communistische partij van de Sovjet Unie.

Schillebeeckx

Zo heeft ook  in onze contreien E. Schillebeeckx zijn bijdrage geleverd. Van hem is de term “negatieve contrastervaring”. Theologie moet geworteld zijn in de concrete realiteit. Welnu, dààr stoten we tegen situaties waarvan moet gezegd worden: dit is niet meer menselijk, dit kàn niet de weg zijn die we als mensengemeenschap willen gaan. Theologie is geen theorie. Het gaat er om vanuit de ervaring te zoeken hoe het volmenselijke kan worden gerealiseerd. Theologie wordt bevrijdingstheologie zonder meer.

Dat betekent niet dat hiermee de vragen op een simpele manier kunnen beantwoord worden. Blijft uiteraard de vraag: hoe reageer je op zoveel onrecht? Ook in de basisbewegingen leven allerlei vragen welke reactie geoorloofd is als christen gelovigen. Zoals de vraag: kunnen dictators niet beter geëlimineerd worden? Kunnen daardoor niet veel mensenlevens gered worden! Het is de keuze geweest van de protestantse predikant D. Bonhoeffer tijdens de tweede wereldoorlog. Hij koos er voor mee te werken aan het complot om Hitler uit de weg te ruimen. Ook religieuzen die naar Latijns-Amerika of Zuid-Afrika getrokken zijn en die daar het leven hebben gedeeld van onderdrukte mensen hebben zich dergelijke vragen gesteld. Inzet voor vrede en gerechtigheid is een Bijbelse opdracht. Hoé dit gestalte krijgt is zaak van menselijke verantwoordelijkheid.

Profetische theologie

“Profeten zijn mensen die kunnen vertellen wat de toekomst zal brengen, niet als voorspellers, maar als mensen die geleerd hebben om de tekenen van hun tijd te lezen. Het is omdat ze zo gericht zijn op en heel erg bewust van de politieke, sociale, economische en religieuze stromingen in de tijd waarin ze leven, dat profeten kunnen zien waar alles naartoe gaat.”

Deze uitspraak van Albert Nolan typeert hem. Volgens Nolan is namelijk iedereen geroepen om zo’n profeet te zijn. Dat is geen makkelijke taak, het is er een met moeilijkheden en struikelstenen. Maar we mogen die niet uit de weg gaan, ze maken deel uit van het geheel. We kunnen dus geen toevlucht nemen tot snelle huis-, tuin- en keukenanalyses, maar moeten het werk grondig doen, naar de diepte gaan en onszelf daarbij in vraag durven stellen. Zo’n oefening kan leiden tot een oordeel, tot het onderscheiden van goed en kwaad en uiteindelijk ook tot actie om iets te proberen veranderen. “Zie, oordeel, doe”. Een slagzin die Nolan kenmerkt.

Het bracht hem ertoe om vanuit dat kader, samen met een groep voornamelijk zwarte theologen, een aantal kernpunten te formuleren over hoe Kerk zou moeten zijn. Dat denkwerk kreeg vorm in het Kairos-document, in de eerste plaats gericht aan de kerken van Zuid-Afrika, die heel erg verdeeld waren. De tekst klinkt na 40 jaar nog best actueel.

Kairos-document

Het Kairos-document telt 5 hoofdstukken. In de eerste drie wordt een analyse gemaakt van de verdeeldheid onder de Zuid-Afrikaanse christenen. Sommigen kiezen de kant van het Apartheids-regime, een groter deel die van de verdrukte meerderheid. Er is geen eenheid. Daarnaast is er ook een “God met ons”- staats-theologie die Bijbelteksten misbruikt om de heersende orde te rechtvaardigen. Ook vele kerken hebben een dubbelzinnige opstelling tegenover het regime. Zo houden ze voor dat christenen altijd geweldloos moeten blijven. Daartoe doen ze onder andere beroep op de tekst uit de vlakterede van Lucas waar hij het heeft over het toekeren van de andere wang en het beminnen van de vijand (6, 27-35). Maar ze benoemen het staatsgeweld en het maatschappelijk onrecht onder de vorm van racisme en economische ongelijkheid niet. Albert Nolan zegt over die evangelietekst trouwens: dit gaat over vergelding, dat we kwaad niet met kwaad mogen vergelden, het zegt niets over het recht op zelfverdediging of het verdedigen van anderen tegen geweld. Kortom, de kerken zijn hun profetische vaardigheid kwijt.

Daarom is er nood aan een profetische theologie. We moeten terug naar de Bijbel en op zoek naar boodschappen die betekenisvol zijn voor wat we vandaag beleven. Het kan niet anders dat daaruit actie zal volgen, ommekeer en misschien ook vervolging. De Bijbel staat immers vol verhalen over bevrijding uit verdrukking en lijden, niet alleen in het oude testament. Ook Jezus verbond zichzelf met de armen en de verdrukten, hij was totaal solidair met hen. Hij werd mede-slachtoffer. De Bijbel kan in die zin dus alleen maar gelezen worden als een boodschap van bevrijding en hoop. Om het met Psalm 9 te zeggen: “God vergeet de armen niet, voor de zwakken is niet alle hoop verloren.”

Oproep tot actie

De opstellers van het Kairos-document besluiten met een oproep tot actie en ommekeer. Kies de juiste kant. Dat is de enige weg om eenheid te herstellen. Die kan alleen gevonden worden waar we ons met Jezus aan de kant van de armen en verdrukten scharen. Dat betekent dat christenen geroepen worden om actief deel te nemen aan de strijd voor bevrijding en een rechtvaardige maatschappij, door middel van boycots en alle vormen van geweldloos verzet. Kerken moeten die beweging vooral aanmoedigen en steunen.

De machten van de duisternis benoemen

Maar ook de interne werking van de kerken moet onder de loep genomen worden. Als er in vieringen gesproken wordt over de machten van de duisternis, mogen die ook expliciet benoemd worden. Als we de eenheid prediken, mag die ook concreet maatschappelijk gemaakt worden en moet de omfloerste en vage taal verduidelijkt worden met voorbeelden die uit het leven gegrepen zijn. Veel van wat gebeurt in de kerken heeft immers geen betekenis voor de armen en de verdrukten. Onze diensten en sacramenten moeten omgevormd worden tot ze echte religie, echte verbinding bewerkstelligen. Of nog: kerken moeten niet bidden voor politieke verandering, maar mensen ondersteunen en op de been brengen om die politieke verandering te doen slagen.

Albert Nolan zag Jezus als een radicale sociale hervormer die de sociale, politieke en religieuze context van zijn tijd uitdaagde. Wat Jezus leerde en deed, was gericht op gerechtigheid, op mededogen en solidariteit met de verdrukte mens, de mens aan de rand, geheel in lijn met de boodschap die doorheen de hele Bijbel klinkt. Nolan ziet dat als: “Gods wil doen”, waarbij hij die omschrijft als: “Wat God voor ons wil is het algemeen belang – wat goed is voor ons allemaal, wat goed is voor het hele universum.”

Hopen tegen alle wanhoop in

Blijft dat een verre droom? We leven in tijden waarin wanhoop de boventoon voert, het optimisme dat alles zomaar goed komt, heeft een knauw gekregen. Dit is onze context vandaag. Nolan noemt dat geen ramp, maar een kans om als christenen bakens van hoop te zijn in deze wereld. Want voor Christenen is er hoop, zelfs tegen alle wanhoop in. Dat is zo volgens Nolan omdat onze hoop niet gebaseerd is op uiterlijke tekenen, maar op het diepe vertrouwen in de Ene Alomvattende. De hoop dat Gods wil kan geschieden en dat die nu aan het geschieden is in honderdduizenden kleine daden. Dat kunnen we zien doorheen de geschiedenis, waar de tegenkrachten het keer op keer niet halen en barmhartigheid en liefde altijd sterker blijken.

We hopen tegen alle wanhoop in, want in die duisternis zien we hier en daar de contouren van nieuwe toekomst, van nieuw leven. Oorlogen die golven van solidariteit teweegbrengen, kerk- en andere leiders die na de onthulling van het zoveelste schandaal niet alles bij het oude kunnen laten.

Wat echter belangrijker is dan hoopvol te zijn, is om hoopvol te handelen. Het beste dat we als Christenen in deze tijd van wanhoop kunnen doen, is te blijven hoopvol verder werken. Op die manier zullen we een aanmoediging zijn voor ieder die de hoop heeft verloren. We mogen die droom niet laten vallen.

Jo Vanhoorde
Ignace D’hert o.p.

Ignace D'hert

Ignace D'hert

Bekijk alle berichten

Voeg commentaar toe

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Abonneer u op de nieuwsbrief van Bijlichten

Schrijf nu in

* indicates required